- De verschillende aspecten van de winter samen met de kleuters bespreken want winter is veel meer dan sneeuw alleen.
- sneeuw
- regen
- hagel
- wind
- zon
- wolken
- …
- Bekijk samen met de oudere kleuters een weerkaart, de buienradar. Wat betekenen de verschillende kleuren en de lijnen, de symbolen voor regen, sneeuw,…? Kleuters kunnen dat bv. elke dag doen gedurende een week. Zijn er weerelementen die telkens terugkomen, vaker terugkomen, niet voorkomen die week?
- Experimenteren met ijs:
- Wat bevriest, wat niet? Hoe komt dat?
- Laat bv. verschillende vloeistoffen gedurende een week in het diepvriesvakje van de koelkast staan. Bekijk elke dag met kleuters.
- Laat de oudere kleuters hun waarnemingen noteren bv. door hen een tabel aan te reiken waar bovenaan de afbeelding van de verschillende vloeistoffen staat met de naam onder geschreven. Per dag duiden ze de mate van vloeibaarheid aan: wat is eerst bevroren, wat bevriest niet, enz.
- Laat jongere kleuters vooral voelen met vingers, ellebogen, zelfs tenen.
- Haal in de bibliotheek boeken rond winter, ijs, bevriezen, … Oudere kleuters zullen hierin veel informatie en inspiratie opdoen. Betrek die boeken ook bij de experimenten.
- Beeldopvoeding:
- Met welke kleuren beeld je sneeuw en ijs uit?
- Welke materialen voelen koud aan, welke warmer. Denk aan plasticfolie, aluminiumfolie, isomo, klei, play-doh, wol, verschillende soorten stof, …
- sneeuwlandschap maken op zwart papier
- wereld met eeuwige sneeuw in een potje: kleef op de bodem van een glazen potje met schroefdeksel een figuurtje (bv. een sneeuwmannetje van de kerststronk). Knip een witte plastic tas in minisnippers. Vul het potje met water, gooi de snippers erin. Sluit het potje en schud.
- waarneming van een slee (Waarom glijdt een slee en een bolderkar niet?)
- waarneming van sneeuw (als het tenminste sneeuwt) ook door er zelf buiten en binnen mee aan de slag te gaan:
- Wat doet sneeuw met je handen?
- Wat gebeurt er met je wanten als je in de sneeuw gespeeld hebt en terug binnen komt?
- Voel buiten eens aan elkaars neus?
- Zie je iets aan elkaars neus?
- Wat zie je uit de mond van iedereen komen? (‘Rook’) Hoe komt dat?
- Vul samen met de kleuters een emmer met sneeuw.
- Wat gebeurt ermee als je die in de klas zet?
- Wat gebeurt er als je een deel ervan in de ijskast zet?
- Wat gebeurt er met het deel dat je in het vriesvak zet?
- Hoelang blijft sneeuw sneeuw in een koelbox? Hoe komt dat?
- Spoorzoeken in de sneeuw – herkennen de kleuters vogelpootjes, poezensporen, mensenvoeten?
- Soep maken met de kleuters van echte wintergroenten zoals kool, pastinaak, ui, pompoen, … Een lijst van echte wintergroenten vind je op de website van VELT: http://www.velt.nu/groentekalender