Prentenboeken herfst

De spingEr zijn veel dieren die met de spin willen spelen, maar dat lukt nooit. Waarmee heeft hij het dan zo druk?

Carle, E. (2006). De spin die het te druk had. Haarlem: Gottmer.


⇒ LESSUGGESTIES ⇐

Ga op zoek gaan naar spinnen in de klas, de gang, de turnzaal, op de speelplaats, …
Organiseer een waarneming van spinnen.
Maak een spinnenweb met wol op een plankje/steekbord/prikblok.


anton blaadjesAnton veegt herfstblaadjes bij elkaar, maar één blaadje ontsnapt steeds. Samen met enkele vrienden gaat Anton het blaadje achterna.

Könnecke, O. (2008). Anton en de blaadjes. Leuven: Davidsfonds.

⇒ LESSUGGESTIES ⇐
Maak een klasschilderij van herfstbladeren (gedroogde, beschilderde, afgedrukte).
Rijg met herfstbladeren en herfstvruchten (voorgeboord!)  – al dan niet volgens een probleem (afhankelijk van de leeftijd van de kleuters).


dikkie-dik-herfstpretDikkie Dik speelt in de afgevallen blaadjes, ontmoet een egel die aan zijn winterslaap begint, ziet het web van een spin, … Kortom: Dikkie Dik beleeft herfstige avonturen.

Boeke, J. (2014). Dikkie Dik Herfstpret. Haarlem: Gottmer.


⇒ LESSUGGESTIES ⇐

Maak egels met wilde of tamme kastanjes en hun bolsters.
Maak op de speelplaats met blaadjes en takjes een winternest voor egel.


Eekhoorn maakt supersprongenDe buitelingen van een eekhoorn komen bladzijde na bladzijde tevoorschijn in sprekende illustraties met heel weinig tekst. Maar … terwijl je ze samen met de kleuters bespreekt, oefen je zonder dat iemand het merkt de voorzetsels.

Rempt, F. (2011). Eekhoorn maakt supersprongen. Houten: Van Goor.


parapluTekstloos prentenboek waarin een hond opgetild door een paraplu de wereld rondreist.

Schubert, I. & G. (2010). De parapluRotterdam: Lemniscaat.

⇒ LESSUGGESTIES ⇐
Maak een woordenschatparaplu (themawoorden verzamelen door die aan een paraplu in de klas te hangen).
Organiseer een waarneming van paraplu’s.
Maak een regenwandeling per twee onder een paraplu.


berenjachtWie niet bang is voor beren mag mee op jacht. Best spannend, want de tocht loopt doorheen zwiepend gras, kolkend water, zuigend moeras, …

Rosen, S. & Oxenbury, H. (2008). Wij gaan op berenjacht. Haarlem: Gottmer.


⇒ LESSUGGESTIES ⇐

Integreer ‘Wij gaan op berenjacht’ tijdens een boswandeling: je sluipt door het gras, je waadt door het gras, je trekt je voeten langzaam uit het moeras dat zuigt en je voeten vast wil houden, je rent met reuzenstappen door het bos, …
Bouw het verhaal ‘Wij gaan op berenjacht’ op aan de hand van een bewegingsparcours.


Jakkes, een spinSpin is vaak alleen. Daarom zou ze graag een huisdier zijn. Ze heeft zelfs al een gezin uitgekozen. Op haar eigen manier overtuigt ze de gezinsleden van haar kwaliteiten.

Monks, L. (2004). Jakkes, een spin! Haarlem: Gottmer.


Binnen geen spinnenBeer houdt zijn huis grondig schoon en houdt het meest van al van beertje. Op een dag ontdekt Beer een spin in huis. Wat een verschrikking! Beer gaat zo wild tekeer wanneer hij de spin probeert te vangen dat Beertje er zelfs een verwonding aan over houdt. Dat moet verzorgd worden. Beer komt aangedraafd met verbandgaas en pleisters en ontsmettingsmiddel en ontdekt dat Beertje al verzorgd werd: de gehate spin heeft met haar spinrag de brokken al terug gelijmd. En dus: eind goed, al goed!  De prettige en duidelijke illustraties laten van in het begin zien dat de spin in huis aanwezig is zonder dat Beer het weet. Bovendien geven ze de kijker het gevoel ook slimmer te zijn dan Beer zeker wanneer die het werkelijk te bont maakt bij zijn pogingen de spin te vangen. Heerlijk verhaal in de herfst of wanneer je zelf thuis of in de klas spinnen aantreft.

Grant, J. (2018). Binnen geen spinnen. Amersfoort: BBNC uitgevers.


vos haas ballonEr komt een blauwe ballon terecht in de boom van Uil. Daar is Uil reuzeblij mee. Maar de ballon loopt langzaam weg.

Vanden Heede, S. (2009). Vos en Haas en de ballon van Uil. Tielt: Lannoo.


Fiet wil rennenFiet de struisvogel wil maar een ding: rennen. Op een dag verhindert de wind dat, maar Fiet moet en zal rennen.

Dumon Tak, B. & Smit, N. (2010). Fiet wil rennen. Amsterdam/Antwerpen: Querido.

Klik hier voor de voorgelezen versie van ‘De Leesplein Voorleesdagen’.

⇒ LESSUGGESTIES ⇐

Maak een herfstwandeling met laarzen en regenjassen aan en schenk daarbij aandacht aan het geluid van de wind en (eventueel) van de regen.
Creëer de geluiden van de wind en de regen met materiaal uit de klas. De geluiden kunnen later als klankdecor gebruikt worden bij een van de verhalen.


vosje in de herfstVosje maakt zich erg veel zorgen omdat de boom boven zijn hol al zijn blaadjes verliest. Op alle mogelijke manieren probeert Vosje de bladval tegen te houden. Hij is ook boos als de egel en de eekhoorn de blaadjes meenemen voor hun winternest. Maar dan wordt het winter en ondergaat de boom een gedaanteverandering.

Rawlison, J. (2006). Vosje in de herfst. Antwerpen/Rotterdam: De Vries-Brouwers.
Klik hier voor de voorgelezen versie!


notenBij het begin van de herfst probeert Muis ijverig noten te verzamelen om een wintervoorraad te hebben.

Gerritsen, P. (2005) Noten. Rotterdam: Lemniscaat.

⇒ LESSUGGESTIES ⇐
Maak een voeldoos met herfstmateriaal (tamme en wilde kastanjes, hazel-, okker- en beukennootjes, bolsters van tamme en wilde kastanjes, gedroogde bladeren groot en klein, takjes, appels, houten paddenstoelen (vorm), …). Wie werkt met niet-gedroogd materiaal, moet de inhoud regelmatig controleren om verrotting tegen te gaan.
Speel een spel met herfstvruchten rond getallen en begrippen als veel en weinig, minder en meer, …
Verzamel herfstvruchten en maak er een herfsttafel mee (kan ook dienen als decor om een van de verhalen na te vertellen).
Verzamel herfstvruchten en maak er een wintervoorraad voor de eekhoorns van.


regenTerwijl het pijpenstelen regent, staat een jongetje te popelen om buiten te gaan spelen. Als verantwoordelijke volwassene – die ook zelf geen zin heeft om in de regen te lopen – laat zijn opa hem wachten tot de regen ophoudt. Als de hemel even uitklaart, trekken ze uiteindelijk toch naar buiten. Even later begint het alweer te regenen en komen de opa en zijn kleinzoon in een bijzondere fantasiewereld terecht. Plots varen ze door een drijvende stad waar een kleurrijk regenfeest aan de gang is. Een heerlijk herkenbaar verhaal over de verschillende kijk van opa en kleinzoon, waarin op het einde de kinderlijke fantasie zegeviert. Gelukkig maar.

Usher, S. (2016). Regen. Utrecht: Veltman Uitgevers.


SnipHoewel Snip een trekvogel is, slaagt hij er niet in mee te vliegen naar het zuiden.
Tijdens de herfst en de winter helpt hij andere bosdieren die wat blij zijn met zijn hulp. Dan wordt het lente. De andere vogels keren terug. Snip is zo blij dat het vliegen hem plots als vanzelf afgaat.

Lagermann, C. (2014). Snip. Hoorn: Hoogland en Van Klaveren.


Mijn eerste spinnenwebMama en papa Spin melden opgetogen de geboorte van hun vier kinderen. Na enkele weken zijn de broers en zussen flinke jonge spinnetjes geworden en staat de eerste schooldag voor de deur. Ragje heeft er het sterkst naar uitgekeken, maar ze blijkt al snel moeite te hebben met het maken van een spinnenweb en dat maakt haar ongelukkig.
Terwijl ze later samen met oma terugdenkt aan opa, ontdekt ze dat een bril voor haar de oplossing is.

Daniëls, G. & Olaerts, P. (1998). Mijn eerste spinnenweb. Antwerpen/Rotterdam: C. de Vries-Brouwers.


de notenkrakerHoewel Aap en Eekhoorn goede vrienden zijn, steelt Aap de wintervoorraad van alle eekhoorns in het bos. Die dreigen daarom te verhongeren. Maar dan ontdekt Eekhoorn de diefstal en bedenkt een gepaste straf voor aap.

Van Haeringen, A. (2011). De notenkraker. Antwerpen: Leopold.


arme pettsonOp een regenachtige herfstdag doet poes Findus er alles aan om opa Pettson op te vrolijken.

Nordqvist, S. (1988). Arme Pettson. Leuven: Davidsfonds.


Woesssj!Ed is een aardige kleine jongen maar hij kan om niets in woede uitbarsten. Dit wordt mooi geïllustreerd door een grote berg afgevallen bladeren die groeit en groeit en zo groot wordt dat hij de hele stad bedekt. Tot er opnieuw iets kleins gebeurt dat er voor zorgt dat Ed opnieuw de wereld rondom hem kan zien zoals hij is. Hoewel lichtjes moraliserend – Ed zal voortaan tot 10 tellen vooraleer hij een boze bui laat escaleren – tonen vooral de illustraties in dit boek hoe woedend een jong kind kan worden om iets wat in de ogen van volwassenen iets onbenulligs is. Ook het kleurgebruik in de illustraties die steeds donkerder worden, tonen duidelijk de omvang en de diepte van de woede. De sterkte van dit boek zit in de herkenbaarheid en mogelijkheid tot identificatie voor jonge kinderen.

Greig, L. (2018). Woesssj. Antwerpen: De Vries-Brouwers.