Met zijn vrienden samenkomen. Wie wil dat nu niet in deze door COVID-19 beheerste tijd? Daan wil dat ook en de aandachtige lezer/bekijker van dit prentenboek kan Daan daarbij helpen. Per dubbele pagina kom je in een ander landschap terecht: onder water, in een bos, … Dat landschap wordt telkens weergegeven in pasteltinten. Nergens zijn er schreeuwerige of heldere kleuren, nergens krijg je het gevoel van overdaad hoewel de illustraties behoorlijk vol staan. Elk landschap bevat een aantal origami-achtige figuurtjes, ladders, trappen, planken, … Door met aandacht te kijken kan je de weg vinden over die ladders, trappen en planken naar de deur die Daan moet nemen om in een volgend landschap/doolhof terecht te komen. Na 10 landschappen komt Daan/kom jij eindelijk bij het punt waarop de vrienden zich verzameld hebben. Het woordeloze prentenboek bevat achteraan de oplossing voor elk landschap en het prettige is ook dat er soms meerdere mogelijkheden zijn. Bovendien zijn die mogelijkheden zo divers dat je gegarandeerd opnieuw moet zoeken wanneer je het boek opnieuw vastneemt. Plezier verzekerd!
(PS: Dit boek werd gemaakt lang voor er van corona sprake was.)
Arymowska, A. (2017). Daan zoekt zijn vrienden. Hilversum: Fontaine.
Een jongen gaat elke dag alleen naar school. Hij vindt dat niet gemakkelijk want onderweg moet hij door een donkere tunnel lopen, zit er een gemeen blaffende hond achter een afsluiting en een akelig uitziende landloper op een bank. De hond van een oude man die vlak bij de school woont, heeft dat ongetwijfeld opgemerkt want op een dag zit de hond de jongen op te wachten wanneer die uit school komt. De hond loopt met de jongen mee. De jongen twijfelt: kan hij die hond wel vertrouwen? Maar de volgende morgen zit de hond hem thuis op te wachten en loopt mee tot aan de school. En gek genoeg lijkt de tunnel nu minder donker, reageert de gemene hond nu minder uitzinnig en lijkt de landloper nu minder akelig. De hond en de jongen worden dikke vrienden, de dagen gaan voorbij – de seizoenen zijn duidelijk waarneembaar op de prenten – en op een dag is de hond verdwenen. De jongen gaat naar hem op zoek en ontdekt hem treurend voor de poort van een grote tuin. Daar woont de oude baas van de hond. Daarop sluit de jongen ook vriendschap met de oude man en met z’n drieën kunnen ze de wereld aan. De mooie, duidelijke prenten tonen op een genuanceerde manier hoe belangrijk vrienden zijn en wat vriendschap kan betekenen voor iemands zelfvertrouwen.
Hensgen, A. & Rodriguez, B. (2015). De grote hond. Wielsbeke: De Eenhoorn.
Een konijnentweeling, broertje en zusje, zijn onafscheidelijk en de ganse dag samen. Ze houden samen ook een huisdier, een kip, die ijverig met hen meedoet. Je volgt het drietal van het ontwaken tot het slapen gaan en alles wat daar in een kleuterdag tussenin komt. Denk aan: verkleden, buiten spelen, puzzelen, zich vervelen, mee winkelen, … De Brits aandoende prenten die een heleboel levensechte details bevatten, zijn zeker herkenbaar voor jonge kinderen. Het kleurgebruik is duidelijk bestudeerd, want je kunt er ook de seizoenen en het moment van de dag uit afleiden. Zo is er een zonovergoten prent die duidelijk lente suggereert en is de ‘naar-bed-prent’ in een avondlijk grijs gehuld. In die zin vertelt elke dubbele pagina ook een verhaal op zich. Voor kleuters die graag echt actief zijn met een prentenboek heeft de auteur op de linkerpagina in 1 kleur een bepaald voorwerp afgebeeld bv. een mand, een hoed, … Dat voorwerp kan de kleuter dan op de rechterpagina terug vinden. En voor wie goed kijkt, komt dat voorwerp soms ook op verdere pagina’s voor. Bekijk dit bijzondere boek:
Louter, D. (2017). Kijk, konijnen. Rotterdam: Lemniscaat.
Effectief 100 tekstloze afbeeldingen waarin dieren een hoofdrol spelen krijgen een plaats in dit boek. De prenten zijn duidelijk en met zachte kleuren ingekleurd. Het is de bedoeling dat de kijker bij elke prent zijn eigen verhaal vertelt. Dat kan een fantasieverhaal zijn. Maar het verhaal kan ook berusten op feiten. Daarom vind je achteraan in het boek een ‘kijkwijzer’. Die vertelt met weinig woorden welke gebeurtenis aan de basis ligt van elke prent. Zo kan wie niet voldoende fantasie heeft, toch ook aan de slag. De natuur komt hier in al zijn verscheidenheid aan bod: de zee, de savanne, het oerwoud, … Daardoor krijgen dieren die in West-Europa niet voorkomen ook een plaats. Denk aan de tijger of de kolibri. De namen van minder bekende dieren vind je ook achteraan in het boek. Het boek slaagt er zonder woorden in de kijker te laten stilstaan bij de schoonheid en het belang van de natuur.
Hegbrook, T. (2016). 100 wonderbaarlijke verhalen over de natuur. Utrecht: Veltman.
Het boek bevat verschillende verhaallijnen die samen 1 verhaal vormen rond 1 uitgangspunt m.n. een rood touw dat door de lucht zweeft in een stad. Vast element in de illustraties is een hondje dat ook op het einde van het boek nog een belangrijke rol speelt. Het touw wordt gegrepen door verschillende mensen – een zwemster, superman, een boef … – en in de dierentuin ook door een aap, die wel eens willen weten waar dat touw hen heen zou voeren. Maar niet iedereen vindt zo’n touw vol zwierende mensen – elke persoon die aan het touw hangt krijgt zijn eigen kleur – een goed idee en dus worden er een heleboel reddingsacties ‘op touw’ gezet. Uiteindelijk belanden ze allemaal weer veilig op de grond. De illustraties verschillen enigszins van de vorige boeken van dezelfde auteur omdat ze minder ruw zijn door het gebruik van vloeibare acrylverf. Het feit dat de auteur grote fan is van Quentin Blake is in zijn lijnen- en vormenspel duidelijk merkbaar. Zo slaagt ook Matthias De Leeuw erin in enkele lijnen bv. een uitgestoken hand, een opgestoken vuist, … de emoties van de verschillende figuren duidelijk te maken. Bekijk het interview met Matthias De Leeuw op Boekenmarathon en Boekenfeest – Aflevering 15 (7 november) | VRT NU
De Leeuw, M. (2020). Een touw in de lucht. Tielt: Lannoo.
Het kleine meisje dat centraal staat in dit tekstloze prentenboek, houdt erg van het circus. Geïnspireerd door die fascinatie voor het circus leidt ze een hondje binnen in haar kamer en oefent ze allerlei trucjes met hem. Wanneer ze is uitgespeeld en de nacht valt, haalt de clown die op een poster aan haar muur prijkt, haar op en neemt hij haar mee naar een prachtig circus. Daar beleeft ze tussen alle artiesten de nacht van haar leven. Het hondje blijft een prettig zoekelement doorheen het prentenboek, maar het zijn vooral de erg kleurrijke, paginavullende illustraties die de show stelen. Mattias De Leeuw geraakt steeds beter op dreef, in de acrobatentoeren van het circus komen zijn zwierige en expressieve illustraties bijzonder goed tot hun recht. Op de website van Lannoo kan je alvast wat meer prenten bekijken: http://www.lannoo.be/circusnacht.
De Leeuw, M. (2016). Circusnacht. Tielt: Lannoo.
Op een dag breekt het hoofdpersonage van dit tekstloze prentenboek zijn hut in het bos af. Aan de uitstraling van de man is duidelijk dat hij het helemaal gehad heeft in zijn hutje. Van het hout van de hut maakt hij stelten. Hij reist daarmee de hele wereld rond en ontmoet pinguïns, zeemeerminnen, indianen en heksen ,…De wereld van het hoofdpersonage gaat duidelijk open en uiteindelijk belandt hij terug thuis. Daar ontmoet hij niet alleen al de vrienden die hij op zijn reis gemaakt heeft. Hij bouwt daar ook een nieuw onderkomen. Dat ziet er niet troosteloos maar super fleurig uit en hijzelf geeft ook niet langer een uitgebluste indruk. Integendeel! In sprekende beelden met een eerder ruw uitzicht, wordt een verhaal opgebouwd waaraan de kijker zijn persoonlijke bijdrage kan leveren. Een prachtig prentenboek dat de fantasie doet bruisen.
De Leeuw, M. (2012). De steltenloper. Tielt: Lannoo.
Ontbossing is een super actueel thema en een item waar ook kleuters weet van hebben. In dit boek werken twee mannen een plan uit om bomen neer te halen en in de plaats daarvan een super de luxe vogelpaleis te bouwen. Daarin sluiten ze mooi gekleurde exotische vogels op. Vogels die echt naar hun vrijheid verlangen. Wanneer ongeveer alle bomen geveld zijn, besluiten de twee mannen om het ‘vogelpaleis’ binnen te gaan. Dan gebeurt waario ze niet gerekend hadden: ze krijgen van de gevangen vogels een koekje van eigen deeg. Prachtig geïllustreerd tekstloos prentenboek dat zorgvuldig opgebouwd is en waarin het kleurcontrast een bijzondere rol speelt. Heerlijk boek om met kleuters aan de slag te gaan rond vrijheid – filosofisch gesprek – of rond natuurbehoud. Bekijk een deel van het boek:
Annand, D. (2018). Caged. Londen: Tiny Owl.
Tekstloos groot formaat prentenboek waar op elke bladzijde ontzettend veel te zien is dat te maken heeft met de zee, het strand, de dijk en allerlei dingen die hiermee te maken hebben. Denk aan een camping, een hotel en een kermis. Sommige figuren komen voor op verschillende pagina’s. Zo is er een muis die met een reiskoffertje op elke bladzijde verder stapt en een jongen die telkens in een ander boek leest. De figuren lijken onderweg te zijn tot op de laatste bladzijde de ontknoping volgt.
Eenzelfde concept wordt gevolgd voor de stad: metro, winkels, park, museum, … komen allemaal aan bod met verschillende terugkomende figuren.
Voor beide boeken geldt: zeer gedetailleerde en humoristische illustraties op ‘volle’ bladzijden waarop erg veel te ontdekken valt.
Zullo, G. (2008). Een dagje aan zee. Amsterdam: Nieuw Amsterdam.
Zullo, G. (2017). Een dagje naar de stad. Amsterdam: Nieuw Amsterdam.
Dit tekstloos prentenboek laat bladzijde na bladzijde zien hoe een klein meisje gefascineerd is door de zee. Door alles wat het meisje doet aan de rand van het water, lijkt er een soort interactie te ontstaan met de zee. Die interactie eindigt met een grote golf die over het meisje spoelt, het meisje in eerste instantie verbouwereerd achterlaat tot ze de ‘gaven’ van de zee ontdekt: een schat aan zeesterren en schelpen. Een erg prettig detail zijn de meeuwen die op elke bladzijde aanwezig zijn en het meisje als het ware imiteren. Pas op de voorlaatste bladzijde komt mama tevoorschijn en breit de auteur een rustig einde aan het boek. Suzy Lee gebruikt prachtige wit-, blauw-, en grijstinten die de zee volledig tot haar recht laten komen.
Lee, S. (2009). La vague. Parijs: Kaléidoscope.
Dit tekstloze kartonboek brengt op een erg duidelijke manier in beeld wat er gebeurt wanneer je de hand reikt aan onbekenden. Een muis plukt een bloem die op een muur groeit en doet op die manier een steen uit de muur vallen. Zo ontdekt de muis samen met haar vriendjes dat er achter de muur ook nog wereld is. Steen voor steen breken ze de muur af en komen zo bij een groot water terecht. Op de andere oever van dat water ontdekken ze voor hen onbekende dieren. Dus bouwen ze met de stenen een brug en zo kan een ontmoeting plaatsvinden. Eenvoudig verhaal met eenvoudige illustraties dat geschikt is voor jonge kleuters en hen doet stilstaan bij anders-zijn, vriendschap en samenwerken. Drie niet zo eenvoudige thema’s voor jonge kinderen.
Ferri, G. (2016). Steen voor steen. Rijswijk: De Vier Windstreken.
Prentenboek over heuse nachtdieren m.n. de familie uil en de familie vleermuis. Die laatste blijkt op een dag opeens aan de tak te hangen waarop de familie uil woont. De uilen lijken niet zo blij met hun medebewoners tot een storm hen dichter bij elkaar brengt. Zelfs zo dicht dat wanneer de kleine uilen en vleermuizen de tak verlaten om een eigen ‘nest’ te bouwen, mama uil en mama vleermuis besluiten om samen op dezelfde tak te blijven wonen. Dit boek gaat uiteraard over veel meer dan over het fenomeen ‘nachtdieren’. Het vertelt een verhaal over wantrouwen dat verandert in vertrouwen, over intolerantie die verandert in tolerantie en over respect opbrengen voor elkaars gebruiken en gewoonten. Leuke illustraties die tot praten uitnodigen.
Fitzpatrick, M-L. (2016). Mijn tak, mijn tak. Haarlem: Gottmer.
De Canadese afdeling van IBBY heeft met dit prentenboek een project voor Syrische vluchtelingenkinderen opgezet. Elk kind krijgt bij aankomst het prentenboek cadeau. Er zit telkens een bibliotheekkaart en toelichting in verschillende talen bij om ouders aan te zetten om met hun kinderen de plaatselijke bibliotheken te bezoeken.
In dit prentenboek geven een meisje in een rode jas en de natuur gelukkig kleur aan een grijze samenleving. Bekijk de trailer om het prentenboek te leren kennen:
Lawson, J. (2016). Blommetjes. Elburg: Karmijn.
Is er iets spannender dan in je tent met een zaklamp een boek te lezen? Ja, toch wel, denkt het jongetje en hij trekt erop uit om met zijn zaklamp het bos te verkennen. Het feit dat dit tekstloze – er is veel stilte in het bos in het donker – prentenboek gebaseerd is op zwarte bladzijden maakt het bijzonder. De dieren en planten zijn in lichtgrijze tinten weergegeven behalve wanneer ze beschenen worden door het licht van de maan of door de zaklamp. Dan krijgen ze kleur en komen tot leven. De dieren in het bos zijn trouwens gefascineerd door het spel van licht en donker dat het jongetje met zijn zaklamp teweegbrengt. Ondanks de donkere bladzijden dus geen angstaanjagende taferelen maar wel voor wie goed kijkt: een nachtelijk bos vol leven!
Boyd, L. (2016). Zaklamp. Amsterdam: Moon.
De krokodil in dit verhaal heeft duidelijk een plezierige job. In de eerste prenten zie je hoe hij welgezind zijn bed uitkruipt om zich klaar te maken voor een nieuwe werkdag. Hij doorloopt zijn ochtendroutine met een gezwindheid die aangename gewoontes eigen zijn. De herkenbare details in deze tekeningen zijn zowel grappig als geruststellend. Kleuters zullen het beeld van een krokodil op toilet zonder twijfel hilarisch vinden. Daarna trekt de krokodil zijn pak aan, zet een hoed op en neemt samen met honderden andere pendelaars de metro richting het centrum van de stad. Ieder start de dag op zijn manier en ondertussen kan je in de paginavullende prenten bijna ruiken hoe de stad zich op gang trekt. Eens op zijn werk aangekomen zie je hoe de krokodil zijn kleren opnieuw uittrekt om een groot bassin in te duiken die vanachter glas enthousiast wordt gefotografeerd door bezoekers van de dierentuin. Een professionele krokodil dus. Heerlijk hoe de routineuze start van het verhaal plots een onverwachte wending krijgt. De combinatie van de herkenbare verhaallijnen van mensen die een nieuwe dag aanvangen met de bijzondere kijk op de dieren in de dierentuin zal door kleuters gesmaakt worden. ‘Professione Coccodrillo’ is tekstloos, de Italiaanse titel hoeft je er dus niet van te weerhouden het prentenboek ten volle te ontdekken.
Zoboli, G. (2019). Overdag is hij een krokodil. Amersfoort: Flamingo.
Dé vraag die elke volwassene zich stelt bij het zien van een geschilderde ‘streep’ of een geschilderd kruis op een boom is: zal de boom gekapt worden of niet? Kleuters kennen de betekenis van zo’n streep op een boom nog niet. Maar dit boek leert hen wat zo’n streep kan betekenen. In de boom heeft een vogelkoppel zijn nest gemaakt. Ze vertrouwen die streep niet en proberen ze weg te krijgen. Bv. door er sneeuw tegen aan te plakken of met hun snavel de rode verf weg te pikken. Maar dat lukt niet. Ondertussen gaat het leven rondom de boom gewoon door. Je ziet mensen picknicken, bomen omgehakt worden, restauratiewerken aan een kasteel, eekhoorns die in de sneeuw spelen, … Over een dubbel pagina zie je telkens hetzelfde landschap maar omdat de seizoenen wisselen levert dit sprekende en duidelijke beelden op. De boom verandert per seizoen, uit de eitjes komen jongen, jonge vogels leren vliegen, … Maar dé vraag blijft: wordt de boom gekapt of niet?
Stenvert, N. (2014). De streep. Vianen: The House of Books.
Bijen en wespen worden vaak met elkaar verward en daarom zijn zowel volwassenen als kinderen ook onterecht bang voor bijen. Dat is niet anders in dit verhaal waarin een meisje erg schrikt wanneer een bij haar kamer binnenvliegt. Wat moet ze doen? De bij doodmeppen, de bij vangen? Ze besluit tot het laatste. Daarna gaat ze op zoek naar informatie over bijen en start de verzorging van de bij. Hoe meer ze over het leven de bijen te weten komt, hoe meer ze erdoor gefascineerd wordt. Zo droomt ze op een dag dat ze op de rug van haar bij naar een bloemenweide vliegt, daar bloemzaadjes verzamelt en deze over de stad uitstrooit. Het jaar daarna is de stad veranderd in een bijen-, vlinder- en vogelparadijs. Op een ongedwongen manier en zonder woorden gaat dit verhaal in op de actuele bijenproblematiek. Doorheen de illustraties ontdekken kleuters allerlei wetenswaardigheden over bijen. Achteraan in het boek is een kort informatief gedeelte over de bijenwereld voorzien.
Jay, A. (2016). Blij met een bij. Rijswijk: De Vier Windstreken.
In dit tekstloze prentenboek verandert een meisje met een kleurkrijtje een zwart-witte stad in een kleurig geheel. De monsters die ze tekent komen telkens op de volgende bladzijde tot leven en slaan zelf ook aan het tekenen en zorgen mee voor meer kleur. Een andere mogelijkheid is dat de ‘kijker’ zelf voor meer kleur zorgt; hij/ zij kiest er dan voor zijn eigen weg uit te stippelen doorheen het boek en het te kleuren in monsterlijke kleuren. Het meisje en de monsters krijgen best wel wat tegenwerking van de stadsbewoners maar daar trekken ze zich niks van aan. Jammer dat de regen bij het einde van het verhaal alle kleuren opnieuw wegspoelt of toch niet …
Hoogstadt, A. (2015). Monsterboek. Rotterdam: Lemniscaat.
De stad waarin een meisje zich verveelt, is grijs en druk. Alleen haar rode step brengt een beetje kleur én een rood krijtje dat ze vindt en waarmee ze een deur tekent. Zo krijgt ze toegang tot een sprookjesachtige wereld waarin de wonderlijkste dingen te zien zijn. In een rood bootje vaart ze door een stad uit ‘duizend-en-één-nacht’; een rode luchtballon laat haar toe het luchtruim te verkennen en weer in een andere wereld terecht te komen. Daar wordt ze gevangen genomen en om te kunnen ontsnappen tekent ze een vliegend tapijt waarop ze weer andere werelden ontdekt, vergezeld van een soort paradijsvogel die haar beste vriend wordt. Uiteindelijk komt ze terug in een grijze stad terecht. Maar gelukkig heeft de vogel daar een baasje met een paars krijtje … Prachtig, woordeloos verhaal dat je als kijker meezuigt in verschillende werelden van een uitbundige schoonheid. Elke kijker kan met dit boek moeiteloos zijn eigen verhaal vertellen. Het volledige boek is te bekijken via:
Booktrailer: https://www.youtube.com/watch?v=SxUs41jB4Ts&t=1s
Becker, A. (2019). Op reis. Kampen: Brevier.
Na drie jaar – bijna obsessief – werken heeft de Nederlandse Charlotte Dematons haar nieuwe solowerk af. Zo doorsnee als de titel ‘Alfabet’ klinkt, zo uitzonderlijk is dit fenomenale prentenboek. Elke prent verbeeldt talloze woorden die met een bepaalde letter van het alfabet beginnen. Het is moeilijk in te beelden hoe verregaand Dematons het concept heeft uitgewerkt tot je het ziet. Nooit eerder bulkte een ‘woordeloos’ prentenboek van zoveel ongebreideld taalplezier. In Dematons favoriete prent zit bijvoorbeeld een nijlpaard in een nest met een nachtpon aan haar nagels Napels-geel te lakken. Zo schuilen er niet minder dan 3000 woorden in de gedetailleerde prenten. Onze taal dwingt sommige illustraties tot eindeloze details, andere letters laten dan weer heel wat ruimte. Elke keer opnieuw heeft Dematons andere manieren gezocht om de woorden in de beelden met elkaar te verbinden, soms verrassend, soms schijnbaar evident. De letterdief op de cover heet ‘Alfabet’ en weeft de bladzijden aan elkaar.
Dematons zou Dematons niet zijn als ze niet talloze culturele verwijzingen, details en grapjes in haar prenten zou integreren. Hoe meer je het boek ter hand neemt, hoe indrukwekkender het wordt. Je blijft zoeken, ontdekken en glimlachen bij de vondsten. De uitgever ontwikkelde een website met de woordenlijsten en een app waarmee je de prenten kan scannen. Ze vullen het boek mooi aan en bevestigen de eindeloze mogelijkheden, maar gun ‘Alfabet’ de eerste keer jouw onbevangen blik. Enkel zo kom je dicht bij de rechtlijnige en fantasierijke kijk van Dematons en die van kinderen, voor wie ze het boek uiteindelijk gemaakt heeft.
Dematons, C. (2020). Alfabet. Hoorn: Hoogland & Van Klaveren.
Wie met kleuters de wereld wil verkennen is met dit boek aan het juiste adres. In vogelperspectief en met behulp van een kleine gele ballon, een fakir op zijn vliegend tapijt en een blauw autootje reis je de wereld rond in paginagrote, tekstloze illustraties die steeds opnieuw aanleiding geven tot gesprek. Want of je nu een kind bent of volwassen, dit boek zuigt je op. Telkens weer ontdek je nieuwe dingen in de stad, aan de haven, in de Himalaya, in het Braziliaanse regenwoud, op het platteland, in Lapland, bij een drinkpoel in de savanne, op zee met verschillende soorten schepen, … Kinderen zullen altijd opnieuw op zoek gaan naar de twee giraffen, de gele ballon of naar andere kleine details die ze uit andere verhalen herkennen. Volwassenen herkennen tot hun eigen verbazing de stad Petra, het paleis van de Dalai Lama of het monster van Loch Ness en nog veel meer. Dat de aarde een boeiende plek is om te leven maakt dit boek meer dan duidelijk. Kijk ook eens samen met de kleuters naar:
Dematons, C. (2012). De gele ballon. Rotterdam: Lemniscaat.
Op een dag in de herfst wanneer de wind de blaadjes heel hevig laat ronddwarrelen, ontdekt een kleine zwarte hond een weggewaaide rode paraplu in de tuin. Voor die hond is dat het begin van een reis rond de wereld die in dit tekstloze prentenboek erg mooi in beeld is gebracht. Nu eens doet de rode paraplu dienst als vliegend tapijt, dan weer wordt het een soort bootje waarmee de hond over de golven van de oceaan surft of wordt de gesloten paraplu een afweerwapen tegen bijtgrage krokodillen. De kleine hond staat met zijn paraplu op een besneeuwde bergtop, sluit vriendschap met savannedieren en doet de ijsberen verwonderd opkijken wanneer hij over hun sneeuwvlakte zweeft. Een heleboel continenten en landschappen worden natuurgetrouw in beeld gebracht en de rode paraplu drijft steeds verder en weet zo de nieuwsgierigheid van de kijker blijvend op te wekken. Het is echt heerlijk om samen met de kleine zwarte hond de wereld te ontdekken.
Bekijk de sprekende illustraties op: https://www.bing.com/videos/search?q=dieter+Schubert+The+umbrella&&view=detail&mid=EDCE4C39461830C0CC76EDCE4C39461830C0CC76&&FORM=VRDGAR
Schubert, I. & G. (2010). De paraplu. Rotterdam: Lemniscaat.
In ‘Naar de markt’ bewijst Noëlle Smit eens te meer de kracht van woordeloze prentenboeken. We kennen Smits illustraties van ‘Fiet wil rennen’ en ‘Supervrienden’, maar zonder een auteur om rekening mee te houden, durft zij duidelijk meer. Dit verhaal heeft op het eerste gezicht niet veel om het lijf: een jong meisje doet met haar moeder boodschappen op de markt. Toch gebeurt er dusdanig veel in de tekeningen, dat je als volwassene niet veel zelf zal moeten vertellen. Samen met het meisje, kunnen de kleuters hun ogen ruim de kost geven. Jonge kleuters zullen genieten van de herkenbare situaties en handelswaren, terwijl wat oudere kleuters eindeloos kleine verhaallijnen kunnen blijven ontdekken. Dit is een prentenboek om nu aan te schaffen om er daarna vele jaren plezier aan te beleven. De uitgeverij maakte een trailer die meer van het prentenboek prijsgeeft: https://www.youtube.com/watch?v=tCGeEb_Y5Hw.
Smit, N. (2017). Naar de markt. Amsterdam: Querido.
In zijn erg kleurrijke en enthousiaste stijl slaagt Timmers erin in dit boek van een kettingbotsing een vrolijk thema te maken. Tekst komt er niet aan te pas maar dat hoeft ook niet want de illustraties spreken voor zich. Met peuters is er meer dan genoeg te bekijken al kijk je samen enkel naar de voorwerpen die bij elke bijkomende botsende auto door de lucht vliegen. Ook de herhaling – een dubbele pagina met twee auto’s voor de botsing, een dubbele pagina waarop ‘BOEM’ geschreven staat en dan op de linkerpagina de gebotste auto en op de rechterpagina de nieuwe auto ‘klaar om te botsen’ – spreekt peuters en jonge kleuters zeker aan. Met kleuters kun je ook samen fantaseren over waarom chauffeurs afgeleid zijn en botsen. De chauffeurs zijn stuk voor stuk dieren met sprekende gelaatsuitdrukkingen. Het boek eindigt in een uitklapbare dubbele pagina waarop de volledige kettingbotsing nog eens in een lange lijn staat afgebeeld. En voor de volwassenen die meekijken: er zitten veel leuke vondsten verscholen in het boek!
Timmers, L. (2011). Boem. Amsterdam: Querido.
Dit boek is het resultaat van een bijzondere samenwerking tussen vader en dochter. De vader maakte etsen, de dochter ging op die etsen met verf en kwasten aan de slag. Het resultaat is een bijzonder mooi prentenboek waarbij de prenten het verhaal vertellen – tekstloos dus. Wie het boek vastneemt, is al gefascineerd door de vrolijke ijsbeer op de rug van de walvis. Ze blijken onderweg te zijn naar een grote boom met een boomhut die midden in de zee boven het water uitsteekt. Kort nadat de ijsbeer er zijn intrek heeft genomen, komt er een bruine beer bij. Naarmate de waterspiegel daalt arriveren steeds meer dieren: pandaberen, een nijlpaard, een pauw en een flamingo, … Ze spelen samen in de boom maar na een tijdje vertrekken ze ook weer en blijven de ijsbeer en de bruine beer achter wanneer de eerste sneeuw valt. Meer heeft het verhaal niet om het lijf. Maar de frisse illustraties waarop zoveel te zien is nodigen uit tot fantaseren en het ontwikkelen van je eigen verhaal.
Tolman, M. (2009). De boomhut. Rotterdam: Lemniscaat.
Vader en dochter Tolman gingen samen op reis naar Argentinië en verzamelden hun indrukken in hun nieuwste woordeloze prentenboek ‘Het boek’. Vader Tolman zorgde voor de etsen, dochter Marije voegde er de tekeningen aan toe. Het resultaat is een ode aan lezen en verbeelding. We zien bij de aanvang van het boek een olifant die uit een storm van boeken een exemplaar uitkiest en vervolgens al lezend op stap gaat. De verschillende dieren die zijn pad kruisen, reageren nieuwsgierig, maar maken niet meteen aanstalten om zelf ook te gaan lezen. Pas na een volgende boekenstorm lijkt het tij toch wat te keren… De ogenschijnlijk magere verhaallijn bedriegt. Wie de tijd neemt om het prentenboek meerdere keren te lezen ontdekt de details en mogelijkheden van verbeeldingskracht. Net als de nieuwsgierige dieren moeten we de olifant dus genoeg tijd gunnen om overtuigd te geraken van de kracht van ‘Het boek’. Succes verzekerd. Bekijk de trailer om een inkijk in ‘Het boek’ te krijgen:
Tolman, M. & R. (2017). Het boek. Amsterdam: Querido.
Mark Janssen heeft een uitgebreid palmares opgebouwd als illustrator van tientallen kinderverhalen, maar weet zich pas echt te onderscheiden in zijn tekstloze prentenboeken. In ‘Eiland’ toont hij hoe hij aan vertrouwen gewonnen heeft en zijn werk sinds ‘Niets gebeurd’ heeft weten te verfijnen. ‘Eiland’ is net als ‘Dino’s bestaan niet’ en ‘Niets gebeurd’ een ware ode aan verbeeldingskracht en de overweldigende schoonheid van de natuur. De felle azuurblauwe tinten van de oceaan en de rijkgekleurde vissen en vogels zijn zonder meer prachtig. Ook deze keer krijgt de lezer kennisvoorsprong op de personages van het boek. In dit verhaal komen vader en dochter als schipbreukelingen op een eiland in het midden van de oceaan terecht. Zonder dat ze het beseffen zijn ze gestrand op het schild van een reusachtige schildpad, die op zijn beurt niet goed weet wat er zich boven het water afspeelt. De lezer krijgt een blik op de fascinerende wereld onder water en volgt hoe vader en dochter doorheen de vier seizoenen proberen te overleven op hun eiland boven water. De twee verhalen die zich zo dicht bij elkaar afspelen kennen elk hun eigen dynamiek waar ogenschijnlijk enkel de lezer volledig zicht op heeft. Pas helemaal op het einde komen de twee werelden samen in een prent die een nieuw licht werpt op het gehele verhaal. Een spannend prentenboek in sprankelende kleuren om steeds opnieuw te lezen dus.
Janssen, M. (2018). Eiland. Rotterdam: Lemniscaat.
In ‘Konijnentango’ zien we twee konijnen die elkaar aan een meer ontmoeten en elkaars zwierige bewegingen lijken te spiegelen. Wie goed kijkt, ziet dat de twee konijnen toch een eigen licht werpen op de bewegingen en zo elk hun eigen verhaal schrijven. Terwijl de twee figuren met uitgesproken expressie in harmonie bewegen behouden ze heel duidelijk hun eigenheid. Eens je het boek uitgekeken hebt, kan je het omdraaien en lezen vanuit het perspectief van het andere konijn. Je zal merken dat je op wonderlijke wijze in een heel ander verhaal terechtkomt. Je hoeft bij dit boek niet eens te kiezen: je kan met verwondering kijken naar het vernuftig tekenwerk van de Schuberts, maar je kan evengoed plezier beleven aan het gelaagde verhaal zonder woorden dat in de dans van deze konijnen zit verweven.
Remmerts de Vries, D. (2017). Konijnentango. Hoorn: Hoogland & Van Klaveren.
‘Waar is de taart’ en ‘Picknick met taart’ zijn twee heel leuke boeken van dezelfde auteur die met dit boek op deze verhalen verder borduurt. In dit woordeloze prentenboek merk je, naarmate je het vaker bekijkt, hoe verschillende verhaallijnen zich door elkaar weven. Er is de taart die nodig blijkt te zijn voor een feest maar waaraan telkens – heel concreet op elke dubbele pagina – opnieuw moet begonnen worden. Er is de dief van het halssnoer, het verdwenen feestkleed van Konijn en nog zoveel meer dingen die je op de 12 dubbele pagina’s kunt ontdekken. Kwaliteitsvolle boeken kunnen jonge kinderen zin doen krijgen in prentenboeken, verhalen en lezen. Dit woordenloze prentenboek is zo helder en figuratief zo open dat het zeker tot deze categorie behoort.
Tjong-Khing, T. (2010). Verjaardag met taart. Tienen: Lannoo.
Thé Tjong-Khing is ondanks zijn leeftijd een bijzonder productief illustrator. Dit keer laat hij zich inspireren door de schilderijen van Jheronimus Bosch, die in 2016 exact 500 jaar is overleden. Om het werk van deze meester bevattelijk te maken voor jonge kinderen, plaatst Thé Tjong-Khing de schilder in een verhaal. Hiëronymus Bosch – in het boek kortweg Jeroen genoemd – komt tijdens het buitenspelen in een ravijn terecht. In die ravijn bevindt zich een compleet andere wereld vol met de meest vreemdsoortige wezens – zo kenmerkend voor Bosch. Jeroen laat zich door hen niet afschrikken en gaat op onderzoek uit in deze hem onbekende wereld. Hij moet trouwens ook op zoek naar zijn pet, zijn bal en zijn rugzak die hij tijdens zijn val is kwijtgespeeld. Hij wordt daarbij soms geholpen maar soms ook tegengewerkt. Als de tegenwerking te groot wordt, verschijnt een ‘reddende engel’. Zoals we gewoon zijn van deze auteur, kun je het woordeloze prentenboek dat uitmunt in sterke beeldtaal, eindeloos herlezen om telkens weer nieuwe details en verhaallijnen te ontdekken.
Thé Tjong-Khing (2015). Bosch. Het vreemde verhaal van Jeroen, zijn pet, zijn rugzak en zijn bal… Amsterdam: Leopold.
‘De Sneeuwman’ is een heerlijk prentenboek dat al meer dan 35 jaar jong en oud weet te bekoren. Briggs verbeeldde in zijn winterklassieker de herkenbare en kinderlijke verwondering voor sneeuw in dromerige en lichtjes ouderwetse prenten. De jongen in het verhaal maakt een sneeuwpop met wie hij ‘s nachts heel wat avonturen beleeft. Het tekstloze prentenboek confronteert de ontdekkingen van de jongen in de sneeuw met die van de sneeuwpop in de omgeving van de jongen. Voor wie het boek niet kent, bekijk het verhaal op:
Briggs, R. (2014). De Sneeuwman. Amsterdam: Rubinstein.
De ondertitel verwoordt perfect wat je kan verwachten in dit woordeloze prentenboek van Sassafras De Bruyn: Een wonderlijke reis door de wereld van Bruegel. In het verhaal zit een jager samen met zijn hond een fazant achterna. De fazant verdwijnt in een spleet en wanneer ook de jager daar doorheen stapt komt hij in een schilderij van Bruegel terecht. Ze dwalen van het ene kunstwerk in het andere en ontmoeten beroemde figuren als De Dulle Griet. Heerlijk hoe De Bruyn erin slaagt om op haar manier de stijl van Bruegel te integreren in haar werk. Terwijl je verschillende verhaallijnen kan ontwarren, waan je je echt een heel boek lang in Bruegels wereld, waar het fijn vertoeven is.
De Bruyn, S. (2018). De jager en zijn hond. Tielt: Lannoo.