Mannetje Koek is jarig, geeft een feestje en is ijverig aan de slag in de keuken. Dan verschijnen de genodigden. Telkens je een bladzijde omslaat, verschijnt er een nieuwe vriend aan de deur, want Mannetje Koek heeft veel vrienden. Die vriendenkeuze getuigt van veel fantasie. Denk aan ‘Schaal met erwtjes’ of ‘Bolletje Kaas’. Iedereen heeft een cadeautje bij zich, maar uiteraard heeft Mannetje Koek ook een verrassing voor zijn vrienden. De verhaallijn is eenvoudig en het kijkplezier gegarandeerd met de bijzondere en veelkleurige illustraties.
Gaudesaboos, P. & Francis, L. (2009). Het boek van Mannetje Koek. Tielt: Lannoo.
Net op het moment dat beer een reuzenhonger heeft, ziet hij voor een open raam een taart staan met bovenop een mooie kers. Jammer genoeg zit het raam hoog in het huis. Beer kan er niet bij. Gelukkig wil varken hem helpen door op zijn rug te klimmen. Dat lukt nog niet. Dan maar geprobeerd met hond erop, haas, kip en kikker. Als kikker op het punt staat te springen, neemt een meisje de taart weg en klapt het raam dicht. Een grote valpartij is het gevolg. En toch komt er een verrassend einde: de deur van het huis gaat open en een meisje roept: ‘Taart voor iedereen!’ Een stapelverhaal met sobere illustraties waarin de vogel op de elektriciteitsdraad steeds verder naar rechts opschuift en op de laatste pagina de kers van de taart te pakken krijgt. Ook de tekst is sober maar het gebruik van klanknabootsingen (van de dieren) zorgt voor een mooie opbouw.
Strasser, S. (2015). Mmm… taart! Hoorn: Hoogland & Van Klaveren.
Het paard van Boer Boris is jarig en dus moet er een verjaardagstaart zijn. Boer Boris heeft daarvoor zelf geen tijd en vraagt de hulp aan Bakkertje Bas. Die zorgt voor een heerlijke taart van haver en bieten, van gras en hooi, supermooi. Jammer genoeg sukkelt Bakkertje Bas met zijn bestelwagen in de sloot en moet Boer Boris de bakker en de taart komen redden. Boer Boris is een bekende van vele kleuters. Dat heeft m.i. 2 redenen. Eerst en vooral zijn er de zeer gedetailleerde prenten – bv. in dit boek de bakkerswinkel en de verjaardagstaart voor het paard – waarop heel veel dingen te bekijken en te ontdekken zijn. Verder is er en de taal die vlot leesbaar is en waarin veel humor verscholen zit. Ted Van Lieshout durft het ook aan wat moeilijkere woorden in de tekst te verweven wat zorgt voor woordenschatverwerving bij de kleuters. Kleuters beleven in ieder geval veel plezier aan de avonturen van Boer Boris.
Van Lieshout, T. & Hopman, P. (2021). Boer Boris en Bakkertje Bas. Haarlem: Gottmer.
In een niet nader bepaald dorp bezit de familie WoefWoef een broodfabriek. Daaraan ontsnappen heerlijke geuren die de ‘kattenbrigade’ ook niet ontgaan. Nadat ze door het raam gezien hebben hoe het bakken in zijn werk gaat, zijn ze ervan overtuigd dat zij dat ook kunnen. Stiekem dringen ze ’s nachts de fabriek binnen en beginnen te bakken. De juiste verhoudingen tussen meel, melk, bakpoeder … zijn ze vergeten. Aangezien ze te veel bakpoeder gebruiken, krijgen ze een reusachtig brood maar veroorzaken ze met hun bakexperimenten ook een ontploffing. Het enorme brood wordt in stukken gesneden en verkocht. Als straf moeten de katten de fabriek helemaal herstellen. De illustraties doen wat vreemd aan. Dat heeft vermoedelijk te maken met het feit dat het boekje van de hand van een Japanse auteur is en wij een dergelijke illustratiestijl – weinig emoties en afgewende ogen – niet zo gewend zijn. De verschillende stappen in het bakproces zijn duidelijk geschetst en op de prenten is veel te zien dat met bakken te maken heeft.
Kudoh, N. (2020). De broodfabriek. Amsterdam: Boycott.
Vos heeft zin in een koek. Hij zoekt het hele huis af maar vindt er nergens een. Dan maar kijken in de tuin – ook niks, enkel groenten die Vos zelf gezaaid heeft. Wie weet heeft de buurman, Uil wel een koek, maar ook daar vangt Vos jammer genoeg bot. Misschien is er in het bos wel iets te vinden. Spijtig dat koekjes niet aan de bomen groeien … ’s Avonds keert Vos doodmoe en hongerig terug naar huis en wordt verrast door de heerlijke koekjesgeuren die hem vanuit het huis tegemoet komen! Haas en buurman Uil hebben alles uit het kookboek gebakken terwijl Vos weg was. Wat een verzameling taart, cake, koekjes, pannenkoeken, wafels, … Heerlijk verhaal met zoals altijd prachtige illustraties van Thé Tjong-Khing waarop heel veel te ontdekken valt.
Bekijk en beluister het verhaal op: Bing Video’s
Vanden Heede, S. (2006). Vos en Haas op zoek naar koek. Tielt: Lannoo.
Luiaard en Maki vinden een grote taart. Ze ziet er fantastisch uit. Daar kunnen ze een feestje mee geven! Maar wie nodigen ze dan uit? Eén na één overlopen ze hun vrienden. Maar telkens schort er wat: de mieren zijn met te veel, pauw eet niets wat mooier is dan hijzelf, olifant is te groot en dolfijn begint ongetwijfeld kunstjes te doen, tijger verslindt die taart helemaal met Luiaard en Maki erbij, … Dus kan het niet anders: Luiaard en Maki zullen de taart met zijn tweeën opeten. Maar dan daagt de tijger op, op zoek naar zijn verjaardagstaart … Herkenbaar verhaal over uitvluchten zoeken om iets lekkers niet te moeten delen. Illustraties in zachte tinten die perfect aansluiten bij de sfeer van het verhaal en telkens een kenmerk van een bepaald dier mooi in beeld brengen. De taart ziet er uit als een echte verjaardagstaart en hoe vaker je ze ziet hoe meer je zin krijgt om er een stukje van te eten.
Mckee, J. (2022). Kijk nou … taart! Amsterdam: De Fontein.
Sasha speelt heel graag en vindt dat ze thuis te weinig kan spelen omdat haar ouders haar steeds met allerlei klusjes opzadelen. Ze glipt het huis uit om naar haar babuschka (oma) te gaan want daar zal dat spelen wel lukken, denkt ze. Oma is blij met haar komst en gaat gewoon verder met haar dagelijkse klusjes waarbij ze Sasha inschakelt. Zo moet de was worden opgehangen, een taart gebakken, het haar van oma gekamd worden en ga zo maar door. Door al die ‘leuke’ werkzaamheden vergeten babuschka en Sasha de tijd, brandt de taart in de oven aan en vallen ze samen in slaap op de zetel. De verhouding grootouder- kleinkind wordt door auteur en illustrator op een eenvoudige, heldere, kleurrijke en mooie manier in beeld gebracht. Klusjes thuis zijn vervelend maar als je die klusjes samen met je oma mag doen – met de taart als hoogtepunt – worden ze reuzeleuk en niet langer als klusjes ervaren.
Romanova, S. & Van Hove, J. (2022). Bij Babushka. Antwerpen: Studio Sesam.
Oma Kat heeft een appeltaart gebakken. Papa, mama, broertje en zusje Kat eten er een stukje van en laten nog een stukje over voor later. Daarna doen ze een dutje. De familie Muis heeft lekkers geroken en komt kijken in de keuken. Heerlijk, een stukje taart! De familie Muis eet van het overgebleven stukje taart tot er enkel nog kruimels over zijn. Ze hebben zo lekker gegeten dat ze aan een dutje toe zijn. Het is helemaal stil in de keuken. De familie Mier neemt een kijkje en ziet de kruimels liggen. Wat een heerlijk maaltje! De taart is hu helemaal op. De volgende dag vraagt Oma Kat of ze nog eens een appeltaart zal bakken. Daarmee gaan de drie families akkoord, ze helpen alle drie ook mee en eten broederlijk naast elkaar samen van de taart. Het verhaal waarin een appeltaart een hoofdrol speelt, gaat in wezen over delen en over hoe er eigenlijk genoeg is voor iedereen. Een realistisch verhaal waar aan het einde nog een fantasie-element wordt toegevoegd door katten, muizen en mieren in vrede samen te laten eten. Maar in de wereld van kinderen is zoiets perfect mogelijk.
Martin, D. (2007). Taart voor iedereen! Rijswijk: De Vier Windstreken.
Trol heeft honger en jaagt op Pietertje die hij dagelijks door het bos ziet lopen. Maar Pietertje laat zich niet vangen. Meer nog Pietertje zingt een beetje pesterig een liedje waarin hij Trol uitlacht. Op een dag ziet Pietertje Trol nergens in het bos en terug thuisgekomen denkt Pietertje dat hij het gewonnen heeft van Trol. Opeens springt de Trol uit de kast tevoorschijn en slikt met een grote hap Pietertje door. Trol begint al snel te kokhalzen en spuwt Pietertje terug uit zo vlug hij kan want Pietertjes smaken vreselijk! Wat nu? Gelukkig is op dat moment de cake klaar. Daar heeft Trol wel zin in. Eind goed, al goed dus… Verhaal waarin de spanningsboog mooi behouden blijft en waarin de kleuters zeker de kant van het kleine, slimme Pietertje zullen kiezen. Die ziet er op de illustraties trouwens alleraardigst uit. Bekijk en beluister het verhaal via deze link.
Stower, A. (2014). Trol en het Pietertje. Amsterdam: De Fontein.
Aardvarken vindt dat het weer eens tijd is voor een feestje want hij heeft heel veel zin om al zijn vrienden weer te zien. Eerst schrijft Aardvarken uitnodigingen: wel 134! Daarna besluit hij een taart te bakken. Maar tijdens het bereiden van het deeg let Aardvarken niet zo goed op en binnen de kortste keren verandert de keukenvloer in een gladde dansvloer. Zoveel deeg ligt er op de grond. Wanneer de vrienden aankomen, dansen ze wat graag met Aardvarken mee en hebben samen veel pret. Maar dan krijgen ze honger en er is geen taart. Dus besluiten ze pannenkoekendeeg te maken en smullen ze daarna van de stapels pannenkoeken. Stapels zo hoog dat ze bijna van de bladzijden tuimelen. Optimistisch verhaal dat aantoont dat je samen veel problemen kan oplossen van welke aard ook. De vreugde en vriendschap spat van de kleurrijke bladzijden van dit herkenbare verhaal.
Lindell, E. (2021). Het pannenkoekenfeest. Eke: De Eenhoorn.
Kasper wordt wakker omdat er iemand op het raam tikt. Het is Flip. Hij heeft bloemen voor Kaspers verjaardag. Maar Kasper heeft niks om aan Flip te trakteren en dus besluiten ze samen een cake te bakken. Eerst zoeken ze oma’s receptenboek, dan verzamelen ze alle ingrediënten die ze nodig hebben en dan gaan ze aan de slag. Het verhaal vertelt en toont elke stap in het maken van het beslag en het bakken van de cake. De prachtigste prent is wel die waarop Kasper en Flip naast elkaar op de grond zitten met al hun aandacht gericht op het ovenraampje wachtend tot de cake klaar is. Net wanneer ze willen beginnen te proeven, gaat de bel. Er komen nog vier bevers Kasper verjaardag wensen. Gelukkig is de cake groot genoeg en kan iedereen een stukje mee-eten. Achteraan in het boek staat het uitgeschreven recept van de cake. Prachtig verhaal om met kleuters aan de slag te gaan.
Beluister en bekijk het verhaal op: Bing Video’s
Klinting, L. (2013). Kasper de bakker. Utrecht: Veltman.
Het is nacht. Dus … iedereen slaapt? Of toch niet, Keepvogel slaapt niet. Die wil zijn tijd liever nuttig gebruiken en besluit een pannenkoekenfeest te geven. Zijn hond Tungsten, wakker geworden van het kabaal, geeft aan wel voor de gasten te willen zorgen. Wanneer de eerste gasten binnenvallen, zijn ook de eerste pannenkoeken klaar. Tungsten heeft een goed systeem bedacht om snel veel mensen bij elkaar te brengen. Elke twee gasten mogen zelf ook twee gasten meebrengen die op hun beurt dan ook weer twee gasten mogen meebrengen … en ga zo maar door. Maar daardoor blijven er ook steeds nieuwe mensen aankomen. Keepvogel bakt de hele nacht lang en wanneer het terug licht wordt en hij meer dan miljoen pannenkoeken heeft gebakken valt hij – tot grote verbazing van Tungsten – uitgeput neer. Grappig verhaal dat erg sfeervol in beeld werd gebracht. Een voorbeeld daarvan meteen al de eerste bladzijden die van een donkerblauwe nacht overgaan in een warmgeel verlichte keuken. Opvallend zijn ook de rode miniatuurillustraties die Van Reek doorheen zijn tekeningen laat terugkomen. Ze doen een beetje aan hiërogliefen denken en geven de gedachten van Keepvogel of Tungsten weer. Keepvogel heeft al meerdere avonturen beleefd en ook deze keer groeit een door hem bedacht ogenschijnlijk eenvoudig initiatief (weer) boven zijn hoofd.
Van Reek, W. (2008). Keepvogel. Nachtpannenkoeken. Amsterdam: Leopold.
Een oranje kat woont bij een vreselijk vervelende bakker en zijn luie vrouw. De kat krijgt haast geen eten en moet naast muizen vangen, werkelijk alles doen in de bakkerij. De kat wordt zo mager dat zelfs de muizen medelijden krijgen en roze wollen staarten punniken om het bakkersechtpaar te misleiden. Dat lukt even maar dan wordt de kat in de bakkerij zelf aan het werk gezet. De kat kan niks bakken want de muizen hebben alle voorraad opgegeten. Gelukkig helpen de muizen – samen met muizenkolonies uit andere huizen – de kat opnieuw uit de nood en ze bedenken een plan waardoor het bakkersechtpaar voorgoed verdwijnt. Dan neemt de kat de bakkerij zelf met veel succes over. Een traditioneel ‘boontje komt om zijn loontje’-verhaal. Tekst en illustraties – dikwijls zoals in een strip met meerdere per pagina – ondersteunen elkaar heel sterk. De illustraties zijn grappig en overzichtelijk. Ze laten heel duidelijk zien wat het werk van een bakker inhoudt. De afwisseling van direct en indirect taalgebruik zorgt voor een levendig verhaal.
Simmonds, P. (2004). De kat van de bakker. Amsterdam: De Harmonie.
Een bakker die helemaal gepassioneerd is door het bakken van de prachtigste taarten laat alle mensen met verwondering stil staan kijken voor zijn etalage maar wordt zo arm als een kerkrat. Hij verkoopt niets want de taarten zijn veel te mooi om aan te snijden. Ten einde raad en met zijn laatste meel bakt de bakker dan maar drie zoete broodjes. Die vliegen ‘als zoete broodjes’ over de toonbank. De bakker kan de bestellingen niet bij houden maar hij mist het taartenbakken vreselijk erg. Hoe het er aan toe gaat in de bakkerij is perfect te volgen via de expressieve illustraties. Altijd weer wordt ingezoomd op het gezicht van de bakker en van zijn klanten. De emoties zijn er duidelijk vanaf te lezen. Meer dan over het bakkersberoep zelf – hoewel je daarover ook wel wat te weten komt – gaat dit boek over het volgen van je hart of je verstand. Impliciet dus ook de vraag waarvan je het gelukkigste wordt. Een vraag die ook bij kleuters een behoorlijk filosofisch gesprek kan uitlokken.
Meneer Zee & Bellaar, D. (2020). Taart. Antwerpen: Horizon.
‘Waar is de taart’ en ‘Picknick met taart’ zijn twee heel leuke boeken van dezelfde auteur die met dit boek op deze verhalen verder borduurt. In dit woordeloze prentenboek merk je, naarmate je het vaker bekijkt, hoe verschillende verhaallijnen zich door elkaar weven. Er is de taart die nodig blijkt te zijn voor een feest maar waaraan telkens – heel concreet op elke dubbele pagina – opnieuw moet begonnen worden. Er is de dief van het halssnoer, het verdwenen feestkleed van Konijn en nog zoveel meer dingen die je op de 12 dubbele pagina’s kunt ontdekken. Kwaliteitsvolle boeken kunnen jonge kinderen zin doen krijgen in prentenboeken, verhalen en lezen. Dit woordenloze prentenboek is zo helder en figuratief zo open dat het zeker tot deze categorie behoort.
Tjong-Khing, T. (2010). Verjaardag met taart. Tienen: Lannoo.
Eigenlijk wil muis een omelet bakken maar omdat ze geen ei heeft, wil ze er één lenen bij haar buurman merel. Die zit nu net ook zonder eieren maar hij wil muis wel wat bloem lenen. Samen met een ei zou daar toch een lekker dessert van kunnen komen. Dus besluiten ze met z’n tweeën naar slaapmuis te gaan om daar een ei te lenen. Jammer genoeg heeft die enkel boter maar geen ei. Dan maar met z’n allen naar mol. Ook bij hem geen ei, wel suiker. Hetzelfde verhaal bij egel die wel appels wil geven voor een appeltaart. Wasbeer kan wel kaneel geven en hagedis rozijnen en gelukkig is er dan nog vleermuis: zij heeft nog een ei te geef. Samen maken ze een deeg en uil leent zijn oven om de taart te bakken. Als die klaar is moet ze in 9 verdeeld worden en dat is niet eenvoudig… Dit stapelverhaal werd in verzen geschreven die vrolijk vertaald zijn door Michaël De Cock. Een plezier om voor te lezen want de kleuters zeggen al snel de herhalingen mee. Af en toe worden ze verrast door een andere zinswending en dat maakt dit stapelverhaal net dat tikje origineler. De eerder naïeve illustraties sluiten erg mooi aan bij het verhaal en zorgen voor een sfeervol geheel. Het boek is uitgegeven bij een nieuwe uitgeverij die zegt kwaliteit hoog in het vaandel te dragen. Met dit prentenboek maken ze die doelstelling alvast waar.
Cali, D. (2019). Goeiemorgen, beste buur. Brussel: Tiptoe print.