Prentenboeken Het bos

JONGE KLEUTERS

front-medium-911798676Wil je een boek waarin een fantasiewereld en de mensenwereld elkaar ontmoeten, dan heb je dat met ‘Het bos’ gevonden. Het is een uitklapboek van 3 meter lang dat je rechtop kunt zetten, zodat een peuter of kleuter er middenin kan zitten en blijven kijken. De ‘voorkant’ van het boek geeft een inkijk in het bos waarin heel veel verschillende dieren wonen. Maar het grappige is dat die dieren naar mensen gemodelleerd zijn; ze dragen kleding, spelen verstoppertje, drinken thee, bespelen een blokfluit, lopen op stelten en ga zo maar door. Aan de rand van het bos zie je op een bepaalde plaat in de verte wel een huis/boerderij staan. Daarover gaat het op de ‘achterkant’  van het boek. Op die boerderij wonen mensen die ook allerlei dingen doen: taart aansnijden, douchen, naar het toilet gaan, de moestuin bewerken, … Aan deze kant van het boek zijn ook flapjes die je kunt oplichten en die ofwel een doorkijkje geven naar het bos, ofwel zit er een menselijke activiteit achter verborgen. Het is geweldig om te zien hoeveel miniverhaaltjes dit tekstloze prentenboek in zich heeft. Prettig is ook dat jonge kinderen aan elkaar aanwijzingen geven bij het bekijken van de platen en zo spelenderwijs van elkaar leren. Je kunt als volwassene ook een beetje sturen door zoekvragen te stellen aan je kind en op die manier aan woordenschatverrijking doen. Om het op een ouderwetse manier te verwoorden: dit boek is een lust voor het oog en juist daarom biedt het zoveel mogelijkheden.

Ilabaca, S. (2024). Het bos. Amsterdam/Antwerpen: Querido.



snel naar huisHet eerste wat opvalt in dit boek is de heldere maan die elke bladzijde ‘beschijnt’. Het contrast met de duisternis wordt op deze manier echt groot en creëert de juiste sfeer voor het verhaal. Daarin moet een kleine muis in het donker tot bij haar hol geraken. Onderweg komt ze allerlei dieren tegen die in haar wel een lekker hapje zien. Het is aan de kleuter om te raden over welke nachtdieren het gaat. Eerst krijgt hij enkel de ogen te zien door gaatjes in de bladzijde. Op de volgende bladzijde staat dan het volledige dier en wordt het benoemd. Uiteraard kennen de kleuters niet alle dieren die in het boek staan maar op deze manier leren ze die wel kennen. Omdat er vooraan in het boek een overzichtspagina staat met daarop alle dieren, zullen opmerkzame kleuters de vorm van de ogen van de verschillende dieren na een tijdje ook wel herkennen. Als verteller kun je hen daarop ook wijzen. De eenvoudige verhaallijn, de prettige sfeer die rond de dapper muis gecreëerd wordt en de vele herhalingen maken dit boek uitermate geschikt voor jonge kleuters.

Teckentrup, B. (2013). Snel naar huis, kleine muis. Haarlem: Gottmer.


Zie je mijn staart?De verschillende staarten van dieren die in het bos leven vormen het uitgangspunt voor dit boek waarin geen echte verhaallijn zit en dat eerder als een informatief boek beschouwd kan worden. Opnieuw moeten kleuters raden maar ditmaal aan de hand van de staart welk dier er in het bos zit; een pluimstaart is niet zo moeilijk, maar de lange staart kan zowel van een muis als een rat zijn en wie heeft er een piepklein staartje of een donzig wit pluisstaartje? Daarnaast zijn er ook nesten afgebeeld en elk nest hoort ook bij een bepaald dier. Eenvoudige tekeningen in heldere kleuren beelden de dieren en hun kenmerken duidelijk af. Zeker ook geschikt voor de jongste kleuters.  

Bijsterbosch, A. (2016). Zie je mijn staart? Hasselt: Clavis.


Olifantje in het bos_cvr.inddVier woorden die geplukt zijn uit een klassiek kinderliedje vormen de titel én de inhoud van dit hardkartonnen peuterboekje. Olifantje mag zijn mama niet loslaten, maar aangezien hij afgeleid wordt door allerlei dingen die in het bos te zien zijn, gebeurt dat toch. Je mama eventjes uit het oog verliezen geeft best wel een angstig gevoel. Dat wordt mooi en duidelijk weergegeven in dit boek. Die ervaring zal voor een aantal peuters herkenbaar zijn hetzij door het liedje hetzij door het feit dat dit hen al eens overkomen is, bijvoorbeeld in de supermarkt, in een menigte of waar dan ook. Mooie illustraties met zacht kleurgebruik.

Van Haeringen, A. (2021). Olifantje in het bos. Amsterdam: Leopold.


Het magische verstoppertjesbosDe basis om met dit prentenboek in drie kleuren aan de slag te kunnen, zijn de drie bijgevoegde lenzen. Wanneer je door één van die lenzen kijkt, zie je opeens allerlei planten en dieren in het bos: hoog gras, vogels in een nest, een loerende vos, … Dat komt omdat er gebruik is gemaakt van de kleuren geel, lichtblauw en rood. Kleuren, die afhankelijk van de lens waardoor je kijkt, telkens wegvallen en daardoor andere elementen op die bladzijde onthullen. Onderaan de pagina staan telkens drie gekleurde vergrootglazen. Zij verwijzen naar de drie lenzen en geven aan wat er op de pagina te zien is. Het boek bevat dus een minimum aan tekst maar moet het hebben van de verrassende kijk- en ontdekervaring met de lenzen.

Bestard, A. (2016). Het magische verstoppertjesbos. Hasselt – New York – Amsterdam: Clavis.


OUDERE KLEUTERS

front-medium-3651653612In ’Het bos van Beer’ is er altijd wel iets te beleven. Dat wordt duidelijk wanneer je door dit zoekboek bladert en d.z. de versjes die Beer meegeeft in zijn bos allerlei dingen ontdekt. Alleen al de vier seizoenen zijn de moeite om bij stil te staan, zeker ook omdat ze als een rode draad doorheen het boek lopen. De dieren ‘zijn precies als mensen’ en gaan dus naar school, geven feestjes voor hun verjaardag, spelen allerlei soorten spelletjes, leren zwemmen, schilderen, … Op elke dubbele pagina vind je een afvinklijstje van alles wat je op die bladzijden kunt vinden. In het totaal zijn er meer dan 200 voorwerpen, dieren, natuurelementen die kunnen gezocht worden in dit enigszins ouderwets ogende zoekboek dat duidelijk met veel liefde voor de natuur geschreven en geïllustreerd werd. De tekst is in twee lettertypes weergegeven. De woorden in sierletters weergegeven denk bv. aan ‘bladerkleed’ of ‘schateren’ zijn woorden die de taalrijkdom van kleuters kunnen vergroten en waaraan je (in de klas) extra aandacht kunt besteden door er met de kleuters over in gesprek te gaan, ze te laten aanwijzen, uitbeelden, op te zoeken in andere verhalen, enz. Achteraan in het boek is over de natuur nog verdere informatie te vinden o.m. via een natuurspeurtocht aan de hand van tekeningen die in het boek terug te vinden zijn. Een grote rijkdom in woord en beeld.

Piercey, R. (2021). Bezoek het bijzondere bos van Beer. Rotterdam: Lemniscaat.


drromen van het bosNet zoals mensen moeten de dieren ook slapen. Dit boekje toont per dubbele bladzijde één dier dat zich te slapen legt. Een eland, een ree, een zalm, … allemaal hebben ze op de een of andere manier een ‘nestbedje’ waarin ze zich terugtrekken om te rusten. De verschillende dieren worden voorgesteld door een meisje dat met haar hond in de schemering door een herfstbos wandelt en de verschillende dieren op een alleraardigste manier toespreekt en aanmaant te gaan slapen. Zo noemt ze de eland ‘fluweelneus’; ‘waterplantjesknabbelaar’ en ‘geweidrager’. De tekst en de illustraties sluiten mooi op elkaar aan omdat ze beide rustgevend en zachtaardig zijn. Vooral het kleurgebruik dat bijdraagt aan de ‘herfstsfeer’, zorgt voor de verstilling. De versjes zijn dan ook bedoeld om rust te brengen voor het slapengaan van de mensen(kinderen).

Jameson, K. & Boutavant, M. (2022). Dromen van het bos. Amsterdam: Boycott.


front-medium-2503337341Zeer gestileerd prentenboek over de menselijke omgang met de natuur. Het verhaal is eenvoudig: eerst was er een bos – op de illustraties voorgesteld als een verzameling van struiken, bomen, planten van allerlei aard en soort. Af en toe kapte iemand er een boom, maar plantte ook terug bij wat hij gekapt had. Jammer genoeg bleef dat niet duren. Een bijl werd vervangen door machines die steeds groter werden. De stukken bos die omgehakt werden, werden ook steeds groter en van heraanplant is geen sprake meer. Ipv bomen komen er fabrieken, steen, gebouwen, straten en huizen. De omgeving geraakt vervuild en omdat de lucht steeds viezer wordt en alles grauw, grijs en donker, breekt er een vreselijke storm uit. Die veegt met superregen de aarde in 1 klap schoon. Een eenzame boom blijft overeind staan. Zal die terug een bos worden? De illustraties hebben allemaal dezelfde basis: het bos dat verandert door een kleine kale plek, door aanplant, het bos dat verandert door de industrie, enz. De lucht evolueert van helder wit naar lichtgrijs en wordt steeds donkerder omdat de vervuiling steeds verder gaat. Nadat de storm over de aarde geraasd heeft wordt de lucht terug lichter, witter. Op een manier die beklijft zonder angst aan te jagen, geeft dit boek kleuters de boodschap dat de natuur sterker is dan de stad en dat de mens zorg moet dragen voor de natuur.

Martin, M. (2017). Een bos. Kampen: Paolo.


front-medium-3167298454De auteur van dit boek slaagt erin in enkele rake illustraties de rijkdom van een bos onder de aandacht te brengen. Het is één grote speeltuin waar vele kleine dingen zijn, denk aan eikels, paddenstoelen, kleine bloemen, regenwormen, spinnen en insecten maar ook vele grote dingen zoals de bomen zelf bijvoorbeeld. Je kunt op schattenjacht gaan in het bos en er allerlei dingen verzamelen, je kunt je ogen uitkijken naar de insecten en dieren die er leven. Maar om die te zien moet je geduld en geluk hebben. Kortom: dit boek maakt duidelijk dat een bos een echte schatkamer is.

Dek, M. (2020). In het bos. Amsterdam: Boycott.


9789021685342_LRIn 2022 wandelden meer dan 2000 bomen door de stad Leeuwarden. Het was een initiatief van de landschapskunstenaar Bruno Doedens. De hele stad genoot ervan en na afloop van het evenement werden de bomen zo erg gemist dat ze een vaste plek kregen verspreid over de stad. In dit verhaal wil een meisje, Simke, dolgraag een boom voor haar verjaardag hoewel ze geen tuin hebben. Ze denkt lang na en besluit uitnodigingen te maken in de vorm van een boom en die naar allerlei instanties waaronder de burgemeester op te sturen. Wanneer Simke een paar dagen later op haar verjaardag wakker wordt, staat de straat vol bomen. Heerlijk is dat! Vooral ook omdat de bomen mensen lijken te verbinden: de mensen wandelen tussen de bomen en maken praatjes met elkaar, de papa van Simke leest voor vanaf het balkon, de boswachter geeft nuttige informatie over de bomen; kinderen spelen op de straat tussen de bomen, de mensen voelen zich tussen dat groen veel minder opgejaagd, … De illustraties zijn in de kenmerkende collagestijl van de auteur. Tekenen, knippen, kleven, … tot het een sprekend en kleurig geheel wordt dat mooi aansluit bij de beperkte tekstblokjes die de droom van Simke werkelijkheid maken en kleuters attent maken op het belang van de natuur.

De Haan, L. (2024). Ik wil een bos voor mijn verjaardag. Amsterdam: Ploegsma.


front-medium-2413850705Kinderboeken over de natuur doen het erg goed dezer dagen. Het voorliggende heeft 1 minpuntje: het is op rijm en jammer genoeg degradeert dat de tekst een beetje. Overigens enkel positieve punten: luxueus uitgegeven en voorzien van tabjes die ervoor zorgen dat de verschillende onderdelen supersnel terug gevonden kunnen worden. Het boek bevat 9 natuurverhalen die vertellen over ‘de wonderen der natuur’ waar wij als mensen dikwijls te weinig oog voor hebben. Enkele voorbeelden: de magische metamorfose van de kikker, de dans van de honingbij, de mot en de maan, het Woud Wijde Web, het mysterie van de paddenstoelen, … Per tabje wordt een verhaal verteld verspreid over 9 bladzijden en overvloedig en vrij natuurgetrouw geïllustreerd. Na het verhaal volgt nog 1 bladzijde waarop informatie wordt gegeven over ‘het wonder’ in kwestie. Op die manier komen kinderen op een speelse manier een heleboel te weten over de bewoners van het bos en over hoe zij met elkaar verbonden zijn. Daardoor zullen kinderen liefde voelen en respect krijgen voor de natuur.

Dawnay, G. (2022). Een woud vol wonderen. 9 verhalen uit de natuur. Zeist: Christofoor.


9789492986481_front-1Heksje Hazel is niet de innemende, boze of toverende heks die we van andere verhalen kennen. Deze robuuste en tegelijk zachtaardige dame is een kloeke kabouter met rode wangen en is omringd door een heerlijk diverse keur aan boswezens. Wie het boek opent, komt in het levendige Bos van Moswoud terecht waar elfen, feeën, trollen, muizen, kikkers en kleine mensen in alle vormen en maten leven. In dit gezellige bos volgen we Heksje Hazel doorheen de vier seizoenen. In elk van de verhalen leren we wat het betekent om zorg te dragen voor elkaar. In de lente vindt Heksje Hazel een ei dat ze onder haar hoede neemt, in de zomer moet ze overtuigd worden om toch even vakantie te nemen, in de herfst gaat ze samen met de buren op zoek naar de bron van een akelig geschreeuw en in de winter komt ze in een sneeuwstorm terecht die ze zonder hulp niet zou overleven. Een seizoenenboek dat zich in een bos afspeelt is niet meteen verrassend, maar de idyllische wereld die opgetrokken wordt in de rijke illustraties is dat wel. Er vallen in de sfeervolle prenten heel wat bijzondere personages en grappige huisjes te ontdekken. Wahl trekt zo een magische wereld op die tegelijk herkenbaar is, ze vertelt zachte verhalen zonder sentimenteel te worden en presenteert lieflijke figuren die niet suikerzoet zijn. Een boek om je het hele jaar door aan op te warmen. Neem al eens een kijkje:

Wahl, P. (2022). Heksje Hazel. Een jaar in het bos. Amsterdam: Boycott.


1200x1054Een kleine vogel met een zachte stem trekt zich graag een beetje terug, want tussen al dat gekwetter van de andere vogels wordt hij toch niet gehoord. Op een dag hoort de kleine vogel een vreemd, zwaar geluid dat de blaadjes én zijn eigen lijfje doet trillen. De andere vogels lijken het niet te horen en dus vliegt de kleine vogel in de richting van het geluid. Hij ontdekt een graafmachine die de bomen en het bos aan het verwoesten is. In eerste instantie wordt de boodschap van de kleine vogel niet gehoord door de andere bosbewoners – zijn stem is immers te zacht – maar de kleine vogel zet door en weet alle dieren van het bos op één lijn te krijgen. Samen wachten ze de graafmachine op – een prachtige illustratie trouwens. De machines komen eraan en het vogeltje begint te zingen. Na een tijdje zingen alle bosbewoners mee en dan … begrijpt iedereen het: het bos is van levensbelang – ook voor de mensen. De machines keren om. Het bos is gered. Een idealistisch verhaal dat kleuters vertelt dat samenwerken heel belangrijk is, ook al zitten er in je groep mensen waarvan jij denkt dat ze van geen betekenis zijn. Het samenspel tussen tekst en illustraties levert een hartverwarmend boek op. De collageachtige illustraties in heldere kleuren onthullen heel veel details. Meestal wordt tegen een witte achtergrond gewerkt, maar het groenblauwe van het bos is altijd aanwezig. De veelheid aan zoogdieren en vogels, het kleine vogeltje tegenover de monsterachtige gele graafmachine, het doorzettingsvermogen van het onooglijke vogeltje, … een heleboel elementen die de kleuters zullen aanspreken.

Percival, T. & Jones, R. (2024). Stil, elke stem moet gehoord worden. Utrecht: Veltman Uitgevers.


961x1200Een ode aan de natuur, op die manier kun je dit prentenboek wel samenvatten. Muis maakt een jaar lang een reis door het bos om al zijn vrienden te ontmoeten. Op die manier ontdekt Muis maand na maand de invloed van de seizoenen op het bos. De reis start in januari met een bezoek aan de grijze Eekhoorn. Een beetje later is het tijd om Egel uit zijn winterslaap te wekken, want de lente is in het land. In mei is het heerlijk picknicken tussen de boshyacinthen en samen met Spitmuis bessen plukken in augustus is ook heerlijk. De reis van Muis eindigt in de houten woonwagen van Vos. Daar zitten Muis en Vos – hoe vreemd dat ook mag lijken – gehuld in een warme deken samen gezellig te praten bij een kampvuur. In december vieren alle bosbewoners feest bij de overgang naar een nieuw jaar. Op bijna elke dubbele bladzijde is een ‘boswoning’ te zien. Die woningen zijn wel erg antropomorf, maar ze spreken aan omdat je er kan binnengaan door een flapje (deur of muur) te openen en dan een compleet andere wereld ontdekt. Elke ‘woning’ ziet er niet alleen anders uit maar heeft ook een verschillende indeling en inrichting. Er is het spiegelpaleis om feest te vieren in december, een soort ‘strand – of badhuis’ bij de rivier in het bos wanneer het warm is en heerlijk zwemmen in de rivier, een boomhut met een schommel, … Er is een heleboel te ontdekken op de vrij natuurgetrouwe illustraties. De gehanteerde taal – vier lijnen per dubbele bladzijde – volgt het trage ritme van de seizoenen en is beschrijvend. In april giet het van de regen. Ik heb mijn rode laarzen aan. In de kersenboom tussen de bloesem wacht ik tot de buien overgaan. Tegelijkertijd nodigt ze uit tot ‘vertragen’. Een voorbeeld voor de maand december: Van januari tot december, een heel jaar is voorbijgegaan. Ik zit op mijn stoepje en mijmer wat… Intussen begint de kringloop van voren af aan. Het rijm stoort niet. Achteraan in het boek is een dubbel bladzijde ‘Een jaar in het bos’ waarin kort per maand de belangrijkste natuurfenomenen beschreven worden. Daarnaast vind je op 1 bladzijde ook nog summiere informatie over ‘de vrienden van Muis’. Denk aan Egel, Eekhoorn, Mol, … Prettig boek om elke maand opnieuw in te kijken en de natuur te ontdekken. 

Snow, W. (2022). Het bos van Muis. Zeist: Christofoor.


in het bos van de luiaardHet bos waar de luiaard aan zijn tak hangt, is werkelijk een prachtig bos. Niet moeilijk te geloven dat de luiaard – en vele dieren met hem – daar erg tevreden zijn. Jammer genoeg moet het bos om God-weet-welke-reden verdwijnen. Wat nu? Dit schitterende pop-up-boek slaagt erin door middel van 5 pagina’s het hele verhaal van de ontbossing van deze planeet een gezicht te geven. Daarvoor is een minimum aan tekst nodig en die kun je bij een eerste lezing zelfs achterwege laten. Het is voldoende aandachtig te kijken: wat is er weg?, Komt er iets bij? En de luiaard – is hij er nog? Zonder zich ervan bewust te zijn zorgt de luiaard voor de spanning in het verhaal. Zonder ook maar ergens te moraliseren, ligt de ontbossingsproblematiek duidelijk zichtbaar voor kleuters op tafel. Zonder moeite te doen slaagt dit boek er ook in kinderen te laten geloven in het goede in de mens. Een echte aanrader voor de oudste kleuters!

Boisrobert, A. (2011). In het bos van de luiaard. Amsterdam: Querido.


de boom van uilHoewel dit boek eigenlijk bedoeld is voor beginnende lezers kun je er bij 5-jarige kleuters zeker ook mee aan de slag. Het boek laat zich goed voorlezen en bereidt – onbedoeld? – op een speelse manier voor op het eerste leerjaar door de vele taalspelletjes en grapjes die erin verwerkt zijn. Dit boekje vertelt het verhaal van Uil die in een oude eik woont en af en toe converseert met zijn boom. Op een dag laat ‘zijn’ boom ‘noten’ vallen en Uil weet dat Pluim erg van noten houdt. Jammer genoeg woont Pluim in de stad. Dus probeert Uil die noten aan Pluim op te sturen. Maar dat gaat uiteraard niet zonder slag of stoot en zeker niet zonder de hulp van andere bosdieren. Leuk verhaal dat wordt opgewaardeerd én opgevrolijkt door grappige illustraties van de vaste illustrator van Vos en Haas m.n. Thé Tjong-King.

Van den Heede, S. (2014). Vos en Haas. De boom van Uil. Tielt: Lannoo.


Het grote bosorkestWie denkt dat het ‘s nachts stil is in het bos, luistert niet goed. Er is het Oehoe van de uil, het zachte roekoe-en van de duiven en naarmate het lichter wordt hoor je steeds meer dieren. De zanglijster laat haar trillers horen, de specht roffelt er op los, de kraaien krassen en in de verte is zelfs een haan te horen (geen bosdier natuurlijk – dat blijkt ook uit de afwijkende manier waarop die haan getekend is). Per dubbele bladzijde ontwaakt steeds een andere vogel en verandert de achtergrondkleur van de bladzijden naar hemelsblauw en ten slotte naar zonnegeel. Verrassend is de uitklapplaat aan het einde van het boek die allerlei bosdieren – hert, everzwijn, konijnen, … – toont die genieten van het bosorkest.

Van Genechten, G. (2010). Het grote bosorkest. Amsterdam-New York-Hasselt: Clavis.


twaalf maanden in het bosDe titel vertelt al waarover het in dit prentenboek gaat. De natuur in het bos, planten en dieren, wordt gedurende 12 maanden gevolgd. Doorheen de illustraties zie je het bos veranderen van maand tot maand en kan de kleuter de kenmerken van de verschillende seizoenen goed volgen. Ook de dieren gedragen zich anders afhankelijk van de tijd van het jaar. Een boek waarin heel veel te zien is.

Dziubak, E. (2017). Twaalf maanden in het bos. Haarlem: Gottmer.


de streepDit tekstloze prentenboek laat telkens over een dubbele pagina hetzelfde landschap zien maar omdat de seizoenen wisselen levert dit sprekende en duidelijke beelden op. Dé vraag is: zal de boom met de rode streep gekapt worden of niet?

Stenvert, N. (2014). De streep. Vianen: The House of Books.


Alle verhalen van beatrix potterNaast de prachtige illustraties vol levendige en natuurgetrouwe details hou ik ook van de verhalen van Beatrix Potter omwille van haar no nonsens-verteltrant. Een voorbeeld: ‘Kinderen,’ zei Moeder Konijn op een ochtend, ‘jullie mogen buiten spelen. Maar denk er wel aan dat je niet in de moestuin van Meneer Verhoef komt. Daar is jullie vader iets vreselijks overkomen; mevrouw Verhoef heeft een pastei van hem gemaakt.’  De dieren beleven avonturen die dicht bij de leefwereld van jonge kinderen staan en zien er met hun schoenen, jassen, mutsen en schorten erg menselijk uit. Alle bekende figuren komen aan bod: Eekhoorntje Hakketak, Minetje Miezemuis, Pieter Konijn, … Daarnaast zijn in deze bundel vier verhalen toegevoegd die voorzien zijn van commentaar over de periode waarin Beatrix Potter deze verhalen schreef en de illustraties maakte. Het samengaan van tekst en illustraties zorgt ervoor dat de bundel een warme sfeer uitstraalt. De boeken zijn prachtig uitgegeven en zitten samen in een mooie cassette. Een echt hebbeding voor de liefhebbers.

Potter, B. (2006). Alle verhalen van Beatrix Potter. Amsterdam: Ploegsma.


Het dikke bosboekIn de reeks Wondere wereld van uitgeverij Clavis is ook een deeltje rond het bos verschenen. Het ‘bosboek’ is ingedeeld in vier grote hoofdstukken over het bos, de bomen en de bosbewoners, seizoenen en bossen elders in de wereld. Elk hoofdstuk is dan nog verder onderverdeeld en per dubbele pagina komt een bepaald item steeds op dezelfde manier aan bod. De vele duidelijke foto’s en prettige illustraties, de beknopte tekst op niveau van de doelgroep en de bijhorende denkvragen maken dit boek tot een degelijke bron van informatie voor kleuters die meer willen weten over het bos.

Mack. (2018). Het dikke bosboek. Hasselt: Clavis.


9789493228443_covrAls volwassene kun je op heel veel plaatsen informatie vinden over bomen en hun belang in het kader van klimaatverandering. Stilaan beginnen deze inzichten ook naar kinderen door te sijpelen. Het voorliggende boek vertelt op een erg bevattelijke manier hoe een boom langzaam groeit, en onderdeel is van al het leven in het bos en als alles goed gaat van een klein ‘Twijgje’ verandert in een moederboom die op haar beurt andere ‘twijgjes’ beschermt en aanmoedigt om rustig te groeien. Het verhaal is ondersteund – tekst doorheen de prenten die telkens een dubbele pagina beslaan – door prachtige natuurillustraties. Een bos dat verandert met de seizoenen, vol staat met paddenstoelen wanneer het geregend heeft of een prachtige lila-boshyacinten-ondergrond heeft in de lente. Een bos waar grote en kleine dieren en insecten leven en dus krioelt van leven. Een bos dat een eco-systeem op zich is en waar opdringerige insecten verjaagd worden op verschillende manieren. Sommige bomen doen dat door hun blaadjes slecht te laten smaken en tegelijkertijd een geurwolk ter verwittiging naar andere bomen te sturen. Doorheen de tekst en de illustraties kun je zien hoe traag een boom groeit en dus ontdekken hoeveel jaren een boom nodig heeft om tot volle wasdom te komen. Een erg mooi boek dat van kleuters bomenliefhebbers zal maken die op een andere manier naar bomen zullen kijken.

Hughes, J. (2021). Twijgje. Amsterdam: Samsara Books.


Ik wil een wiegje wordenHet is weer zover: Henriette Boerendans heeft nog eens een prachtig prentenboek uitgegeven waarin ze ons trakteert op een reeks houtsneden die de natuur op onnavolgbare manier in beeld brengen. In ‘Ik wil een wiegje worden zei de wilg’ neemt ze ons mee naar een bos waar een reeks bomen bespreken wat ze later willen worden. Terwijl de beuk speelgoed verkiest en de berk een ledikantje, droomt de knotwilg zachtjes bewegend in de wind van een wiegje als eindbestemming. Pagina na pagina zien we de trotse boomsoorten in al hun glorie verschijnen. De bijgaande tekst van Bette Westera is rijk en spaarzaam tegelijk. In enkele zinnen duidt ze de gesprekken en het lot van de bomenvrienden. Aan het einde van het verhaal komt de verwachte houthakker en velt hij alle bomen, behalve de jongste en de oudste: Jaren gingen voorbij. De treurwilg ging door met vermolmen, het sparretje bleef groeien en werd een grote, groene fijnspar die in de winter droomt dat hij een kerstboom was. Zo’n boom met echte kaarsjes, die fonkelden als sterren in de nacht. Helemaal achteraan in het boek vind je een overzicht van de boomsoorten terug, telkens voorzien van een korte uitleg die enkele typische eigenschappen van de bomen in kaart brengt. Er valt heel wat te leren over bomen in dit boek, maar het zijn toch vooral de mooie taferelen met bomen in de hoofdrol en de poëtische tekst over de gang van het leven, die ‘Ik wil een wiegje worden zei de wilg’ meer dan de moeite waard maken.

Westera, B. & Boerendans, H. (2021). Ik wil een wiegje worden zei de wilg. Haarlem: Gottmer.


Bekijk zeker ook onze lijst met boeken over de herfst, waarin bos en bomen veelal ook een grote rol spelen: KLIK HIER. Hetzelfde geldt voor onze lijst met boeken over bomen: KLIK HIER.